Alie Kattenbeld
Alie Kattenbeld (74) werkt sinds 2002 als vrijwilliger bij de ‘Leprawinkel’ in Deventer. Ook is zij secretaris van het bestuur van het Deventer Lepraproject. De winkel is een kringloopwinkel met een bijzondere missie. De opbrengsten worden ingezet voor leprabestrijding.
Alie vertelt over haar zus Marjan die al ruim 45 jaar geleden het initiatief nam om geld in te zamelen voor een missiepost in Kameroen waar ze ook leprapatiënten behandelden. Ze vertelt over een bijzonder mens die met haar sociale karakter en enthousiasme familie en anderen betrok in de strijd tegen lepra. Haar betrokkenheid wordt door haar zus Alie, haar man en vrijwilligers in de ‘Leprawinkel’ voortgezet. Een mooie en bijzondere nagedachtenis.
Als jong kind nam Marjan het altijd al op voor leeftijdgenootjes die het moeilijk hadden. Ze nam ze soms mee naar huis voor een glas limonade en wat lekkers. Haar sociale karakter viel toen al op.
Wat voor zus was Marjan?
Wij waren thuis met zijn vieren, ik ben de oudste; Marjan was drieënhalf jaar jonger. Verder heb ik nog twee broers. Marjan was als kind al erg sociaal. Ze nam het altijd al op voor leeftijdgenootjes die het moeilijk hadden. Ze nam ze soms mee naar huis voor een glas limonade en wat lekkers. Haar betrokkenheid en enthousiasme werkten aanstekelijk. Zo kreeg ze het voor elkaar dat niet alleen het hele gezin maar ook anderen gingen meehelpen om de medische post in Kameroen te steunen.’
Hoe kwam Marjan met het lepraziekenhuis in contact?
Zo’n kleine 50 jaar geleden, ging een broer van haar beste vriendin vervangende dienstplicht doen in Afrika. Hij had een bouwkundige studie gedaan en ging aan de slag in Kameroen. Daar was een bouwvallige missiepost met een lekkend dak en geen geld om het te herstellen. Hij vroeg zijn familie om wat geld te sturen. Ook mijn zus stuurde hem wat geld. Maar er was veel meer geld nodig, want uit brieven bleek dat de missiepost, geleid door een Belgische pater en enkele Italiaanse verpleegkundigen, ook medische zorg moest verlenen aan een zeer groot gebied. Onder erbarmelijke omstandigheden. De locatie was in zeer slechte conditie en er waren nauwelijks voorzieningen. De patiënten werden destijds per bromfiets opgespoord, bezocht en verzorgd, ter plaatse of in het ‘ziekenhuisje’ als dat nodig was. Later is er dankzij steun ook een auto gekomen, waardoor er sneller en op grotere afstand hulp geboden kon worden.
Marjan werd gegrepen door de verhalen over lepra maar ook door het feit dat je van lepra kunt genezen.
Marjan is zich blijven inzetten voor leprabestrijding. Wat waren haar drijfveren?
‘Los van haar sociale karakter werd Marjan gegrepen door de verhalen over de ziekte lepra maar vooral ook dat deze ziekte goed te bestrijden is. Als je er tijdig bij bent, kun je behandeld worden en kun je erger leed voorkomen. Een wereld zonder lepra is daarom een haalbaar doel. Met onze steun dragen wij daar graag aan bij. Door de inzet van Marjan is het zorgteam uit Kameroen ook nog bij onze ouders thuis geweest om meer verhalen te vertellen over hun werk. Dat maakte veel indruk.’
Van papier verzamelen naar een grote kringloopwinkel
‘Mijn zus werkte 50 jaar geleden op de Planologische Dienst van de Gemeente Deventer. Daar werd door bode Jo Sluizeman oud papier verzameld en verkocht. De opbrengst ging naar een goed doel en op verzoek van mijn zus ging de opbrengst naar het ziekenhuisje. Ook kregen Jo en Marjan het voor elkaar rond Museum De Waag rommelmarkten te houden en die waren zo succesvol dat ze uiteindelijk van de gemeente een groot leegstaand pand in de Polstraat langdurig mochten gebruiken en daarmee was de –in de volksmond bekendstaande- Leprawinkel een feit. De Stichting Deventer Lepraproject werd opgericht met in het bestuur medewerkers van de gemeente Deventer. Een volgende stap was om alle gemeente-ambtenaren te vragen structureel 1 gulden per maand te schenken aan dit doel en ook dit werd een succes en heeft zo’n 40 jaar doorgelopen. Inmiddels zijn we een paar keer verhuisd en zitten nu in een groot pand in de Smedenstraat.’
Met eigen ogen de impact van leprabestrijding zien
‘Marjan is helaas nooit in Kameroen geweest. Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de Leprawinkel hebben enkele medewerkers van de Leprawinkel in oktober 1999 een project van de Leprastichting in Nigeria bezocht. Ze hebben het ziekenhuisje bekeken, met patiënten en verplegend personeel gesproken, een lepradorp bezocht en een toneelvoorstelling gezien, waarmee rondgereisd werd om mensen over de symptomen en de gevolgen van lepra te informeren. Dit alles heeft heel veel indruk op onze medewerkers gemaakt en ze er nogmaals van overtuigd zich met hart en ziel in te zetten voor de bestrijding van lepra.’
Marjan heeft zich haar hele leven ingezet voor leprabestrijding
‘In de beginjaren van de rommelmarkten en de winkel haalde mijn zus Marjan, samen met onze jongste broer, in haar eigen autootje spullen op voor de verkoop. Zelf heeft Marjan zo’n 10 jaar bij de Leprawinkel gewerkt. Daarna verhuisde ze met haar man naar Workum, maar ook daar verzamelde ze spullen voor de winkel die ze vervolgens naar Deventer bracht. Later deed ze vanuit Vlaardingen hetzelfde tot haar overlijden in juli 2021. Haar man zet het nog steeds voort.’
U zet haar werk voort. Een mooie nagedachtenis.
‘Ja, ook ik werd geraakt door het goede doel. Zelf werk ik nu ruim 20 jaar voor de Leprawinkel op de boekenafdeling. En sinds een aantal jaren ben ik ook secretaris van het bestuur van het Deventer Lepraproject. Het is niet alleen mooi werk voor het goede doel, maar ook leuk door de contacten met collega’s en klanten. Dit geldt voor veel medewerkers. Door hun werk bij de Leprawinkel dragen ze bij aan de opsporing en genezing van leprapatiënten in grote delen van de wereld. Op die manier dragen we allemaal een steentje bij aan een wereld zonder lepra. Dat geeft een goed gevoel. Het zou mooi zijn wanneer we dat samen zouden kunnen bereiken en Marjan heeft daar een inspirerende bijdrage aan geleverd.’
Vragen mensen wel eens naar de naam ‘Leprawinkel’?
‘Niet vaak. In Deventer was het al vrij snel duidelijk dat de opbrengsten van de winkel werden ingezet voor leprabestrijding. Zo kreeg deze winkel dan ook in de volksmond de naam ‘Leprawinkel’. In deze omstreken is het bekend en vaste klanten zijn bekend met het doel. We hebben ook folders van de Leprastichting in de winkel liggen, er hangen posters en ook op onze website kun je er meer over lezen. Verder winkelen de meeste mensen in de kringloopwinkel toch voornamelijk voor zichzelf. Je kunt immers op een goedkope manier aan spullen komen.’
Is er iets dat u aan de lezers wilt meegeven?
‘Het verbaast me dat lepra nog steeds voorkomt, terwijl het kan worden bestreden. Aanvankelijk wist ik ook niet veel over de ziekte lepra. Door de jaren heen ben ik inmiddels goed op de hoogte en weet ik dat je van lepra kunt genezen als je er tijdig bij bent. Het is voor lezers goed om te weten dat ze kunnen bijdragen aan een oplosbaar doel. Ook door hun spullen te schenken of te kopen in onze winkel.’