‘Nu mijn klasgenoten voorlichting hebben gekregen over lepra, durf ik eindelijk weer naar school.’
Vanaf het moment dat Linda de diagnose lepra kreeg, stond ze er op school alleen voor. Hoewel ze snel werd behandeld en anderen niet meer kon besmetten, wilde niemand meer bij haar in de buurt komen. Linda was altijd opgewekt, maar door lepra veranderde ze in een angstig meisje.
Niemand wilde Linda geloven
Mensen uit Linda’s dorp hadden de vlekken op haar huid gezien. Linda: ‘Mamma is toen direct met mij naar het ziekenhuis gegaan. Toen ik hoorde dat ik lepra had, was ik erg bang. Ik wist toen nog niet dat ik beter kon worden.’ In het ziekenhuis kreeg Linda direct haar medicijnkuur. Linda: ‘Toen mijn vriendjes hoorden dat ik lepra had, wilden ze niet meer met mij spelen. Ze lachten mij uit, daar was ik erg verdrietig over. Ik heb dat niet aan mamma verteld. Niemand wilde geloven dat ik niet meer besmettelijk was. Ik voelde me alleen.’
Hulp van een verpleegkundige
Met een medicijnkuur was Linda na een paar dagen al
niet meer besmettelijk. Het is heel belangrijk dat ze de
kuur afmaakt. Ook als ze niet direct een verbetering
ziet. Linda: ‘Een verpleegkundige komt vaak langs om
medicijnen te brengen. Ze let erop dat ik de kuur ook
helemaal afmaak. Zij zorgt er ook voor dat iedereen bij
mij in de buurt alles over lepra te weten komt. Dat is
fijn, want iedereen weet nu dat ik niet meer besmettelijk ben.’ Resultaat: Linda is weer hetzelfde opgewekte
meisje als voorheen!
‘Als ik kinderen kan helpen, voorkomt dat veel ellende in de toekomst. Ik zie dat dagelijks om mij heen.’
Alima gaat vanuit het gezondheidscentrum zo’n tweemaal per week op pad. Dankzij haar bijscholing op het gebied van lepra vindt ze altijd nieuwe patiënten. Oudere mensen die al handicaps hebben. Maar ook veel kinderen die ze vaak nog op tijd kan helpen.